Rijkswet Vaarplicht
Artikel 6
De wet en de landsverordeningen, waarbij de vaarplicht wordt geregeld, bevatten een regeling van de rechtspositie van de vaarplichtige. Daarbij wordt aan de vaarplichtige het recht toegekend bij een aan te wijzen Autoriteit voorziening te vragen tegen te zijnen aanzien genomen beschikkingen, welke in strijd zijn met een algemeen verbindend voorschrift of waartoe het orgaan dat de beschikking nam in redelijkheid niet heeft kunnen komen. Voor de toepassing van wettelijke voorschriften over bezwaar en beroep wordt in de Nederlandse Antillen en in Aruba met een beschikking gelijkgesteld de schriftelijke weigering om een beschikking te geven dan wel het niet tijdig geven van een beschikking. In de Nederlandse Antillen en in Aruba wordt een beschikking gegeven binnen twaalf weken na ontvangst van de aanvraag.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.